In 2015 zijn met de Participatiewet de Bijstandswet, Wajong en de Wet Sociale Werkvoorziening samengevoegd. Het doel van de Participatiewet was het creëren van een voorziening voor alle mensen die het zelfstandig niet redden op arbeidsmarkt. Sociale werkplaatsen zagen sluiting aankomen en gingen daarom op zoek naar nieuwe activiteiten. Verder in dit artikel ook aandacht voor de resultaten en ervaringen van het ambitieuze Banenplan dat tegelijkertijd met de invoering van de Participatiewet werd ontwikkeld.
Sociale werkplaatsen waren oorspronkelijk bedoeld om mensen die het op de arbeidsmarkt niet redden een werkplek te bieden. Rond 2008 kwamen er echter steeds meer stemmen op dat deze gesubsidieerde werkplaatsen geen goede oplossing waren. Veel politici voelden meer voor plaatsing van deze groep bij reguliere werkgevers. Niet alleen zou dit goedkoper zijn voor de overheid, het zou ook het gevoel van eigenwaarde vergroten. Om werkgevers te stimuleren om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen, gaf het Rijk bonussen uit. Deze werkwijze bleek echter veel te duur en leverde evenmin de beoogde arbeidsplaatsen op.
In 2013 werd het Banenplan geïntroduceerd. Het idee is dat het bedrijfsleven in 2025 ervoor zorgt dat 100 duizend mensen met een arbeidsbeperking aan een reguliere baan worden geholpen en overheid 25 duizend extra werkplekken voor zijn rekening neemt. Sociale werkplaatsen zagen de bui hangen en zochten nieuwe manieren om levensvatbaar te blijven. De werkplaatsen richtten zich op re-integratietrajecten voor het opdoen van werkervaring. Sommige sociale werkplaatsen zijn zich specifiek gaan richten op bepaalde doelgroepen zoals ouderen of statushouders. Ook zijn er sociale werkplaatsen die zich ontwikkeld hebben tot een soort van uitzendbureau, waarbij arbeidsbeperkten 'uitgeleend' worden aan reguliere werkgevers.
Het Banenplan is nu vier jaar in werking en de ervaringen zijn wisselend. Reeds in 2015 trokken ondernemers aan de bel. In de praktijk bleken de beperkingen van arbeidsbeperkten vaak te groot om ze onder te kunnen brengen in de reguliere arbeidsmarkt. Daarnaast sloegen dit jaar 265 wethouders alarm. De gemeenten hebben een belangrijke taak bij het ondersteunen van arbeidsbeperkten richting werk. Zij claimen echter onvoldoende budget te hebben om de afspraken goed te kunnen uitvoeren. Inmiddels zitten veel mensen met afstand tot de arbeidsmarkt thuis. Bij de sociale werkplaats is voor hen geen plaats meer omdat daar nu mensen zitten die een re-integratietraject volgen of langdurig werkloos zijn. En ook bij reguliere werkgevers is er dus vaak geen plaats. Concluderend kan gesteld worden dat het gewenste effect van het ambitieuze Banenplan vooralsnog uitblijft. Lees verder over de laatste ontwikkelingen van het Banenplan.