Re-integratie veroorzaakt steeds vaker juridische problemen. Dit blijkt uit de Juridische Barometer, een rapportage van Stichting Achmea Rechtsbijstand. In de eerste helft van 2018 deden ruim 1645 mensen een beroep op de rechtsbijstandverzekering vanwege onenigheid over re-integratie. Dat is een stijging van bijna 18 procent ten opzichte van een jaar eerder.
Als het gaat om werk gerelateerde zaken wordt de rechtsbijstandsverzekering nog steeds het meest ingeschakeld bij ontslag. Ook het toetsen van de arbeidsvoorwaarden is een veel voorkomende reden voor het inschakelen van de rechtsbijstandverzekering. Met stip op drie vinden we re-integratie. Onenigheid tussen werkgever en werknemer ontstaat bijvoorbeeld over het aantal uren dat iemand weer gaat werken na de re-integratie. Een ander veelgehoord probleem is 'passend werk', ofwel werk dat de werknemer kan doen om deze terug te laten keren op de werkvloer. Wanneer de werkgever bepaalde werkzaamheden als passend classificeert, terwijl de werknemer dit anders ziet, dan kan snel een conflict ontstaan gezien de verschillende belangen.
De toename van conflicten in relatie tot re-integratie kan verklaard worden door de steeds grotere druk die op werkgevers is komen te liggen. Een werkgever loopt namelijk het risico om een loonsanctie opgelegd te krijgen, wanneer het UWV beslist dat deze te weinig heeft gedaan om de werknemer na ziekteverzuim weer aan het werk te krijgen. Wanneer de loonsanctie eenmaal is opgelegd, moet de werkgever ná de twee jaar wettelijke loondoorbetalingsverplichting nóg een jaar loon doorbetalen. Begrijpelijk dat een werkgever om die reden de werknemer het liefst zo snel mogelijk weer aan het werk ziet gaan. Verschil van inzicht over het aantal uren dat gewerkt kan worden veroorzaakt eveneens vaak een conflict tussen werknemer en werkgever.
De rol van de bedrijfsarts kan belangrijk zijn ter voorkoming van problemen bij re-integratie. Als een soort brug tussen werknemer en werkgever geeft de bedrijfsarts onafhankelijk advies. Wie toch twijfelt aan het advies van de bedrijfsarts kan bij het UWV een deskundigenoordeel aanvragen om vast te stellen of de re-integratie wel op de juiste manier is verlopen. Als dit niet zo is dan is er vaak nog voldoende tijd om dit recht te trekken, waarmee bijvoorbeeld een loonsanctie voorkomen kan worden. Daarnaast is er de second opinion, exclusief bedoeld voor de werknemer wanneer deze het niet eens is met het oordeel van de bedrijfsarts. Een goed uitgevoerd re-integratietraject is voordelig voor zowel werknemer als werkgever en voorkomt dat een beroep gedaan moet worden op de rechtsbijstandverzekering of andere juridische bijstand.
Terug naar blog